Materieel rijker dan ooit, spiritueel op sterven na dood

In onze westerse cultuur kennen we onbeperkte godsdienstvrijheid. We zijn fier op onze tolerantie en ruimdenkendheid, die we als een pluim op de hoed van onze ‘verlichtheid’ steken. Op het eerste gezicht is die tolerantie uitsluitend positief: geloof kan toch sowieso niet verplicht, opgedrongen of geforceerd worden? Maar is ongeremde vrijheid altijd een onverdeelde zegen? Wat dan met al het misbruik en de ontsporingen? Zijn er grenzen aan religieuze vrijheid en diversiteit?

Voorbeeld één: de ‘kerk van het vliegend spaghettimonster’. Die werd in 2005 als grap ‘gesticht’ door een 25-jarige student in de Verenigde Staten als een parodie op andere religies, om aan te tonen dat al de rest even ‘nep’ en belachelijk is. Intussen kreeg de kerk van het vliegend spaghettimonster tienduizenden aanhangers en hebben ze een eigen ‘evangelie’, een scheppingsmythe, geboden, rituelen, een profeet en priesters. In 2016 konden de aanhangers in Nederland op basis van de bestaande wetten de overheid ‘dwingen’ om ze te registreren als officieel kerkgenootschap. Of vrijheid altijd vooruitgang is…?

Voorbeeld twee: de ‘Orde van de Zonnetempel’. Die werd in 1984 opgericht, onder andere door de Belgische homeopathische arts Luc Jouret. Het is een mengsel van oude tempelierstradities, rozenkruisers en ‘New Age’. Aan de volgelingen werd verteld dat zij door hun vrijwillige dood naar de planeet Sirius zouden gaan, om later vandaar terug te keren naar de aarde, waar Jezus intussen zou terugkomen als de zonnegod. In 1994 beroofden 53 mensen zich van het leven. Of alle religies evenwaardig zijn…?

Religieuze markt

Eigenlijk is het domein van religie en spiritualiteit een ‘levensbeschouwelijke markt’ geworden waar alles te koop is. Terwijl de economische markt streng gereguleerd is, is er niets of niemand die dat kan of mag in het transcendente en sacrale domein. In de praktijk is er dus vrije concurrentie en elke mogelijke of onmogelijke overtuiging probeert zieltjes te winnen, ook atheïsten en vrijzinnigen. Want laten we niet vergeten dat ongeloof óók een vorm van geloof is – even onbewijsbaar – en niet ‘neutraal’ of ‘gebaseerd op wetenschap’.

Tot 1781 was er in België een wettelijk monopolie in handen van de katholieke Kerk: zij waakte over de spirituele rijkdommen van de christelijke erfenis die de eeuwen doorstaan had en een van de basispijlers is van de Europese beschaving. Maar een marktmonopolie heeft als nadeel dat de hoofdspeler gemakkelijk ‘lui’ en zelfgenoegzaam wordt.

Vrije concurrentie kan dan leiden tot betere kwaliteit: de Kerk werd gedwongen het eigen ‘product’ beter te maken. Wanneer ze moet vechten voor haar marktaandeel, moet ze zichzelf voortdurend bevragen en uitzuiveren en haar ‘aanbod en communicatie’ upgraden. Mensen ‘kopen’ het geloof niet meer uit gewoonte en traditie, ze geloven niet meer ‘op automatische piloot’. Als mensen mondiger worden, moet je hen met kwalitatieve argumenten overtuigen, hun vertrouwen verdienen, ‘elke dag’.

Migratie

Sinds de jaren 1960 veranderde de situatie nog veel sneller: door migratie kwamen veel exotische religies ons land binnen. Zeker sinds mei ’68 en sinds de Beatles India ontdekten en oosterse goeroes in het Westen introduceerden, werd New Age heel cool en hip. New Age maakt van alle religies een cocktail, want ‘alle wegen leiden tot God’. Weg met het ‘beknottende’ christendom: vrijheid-blijheid werd de nieuwe mantra. Alles wat anders en nieuw was, was beter. De Kerk werd onder een vergrootglas geanalyseerd op fouten, oosterse en neo-heidense religies werden naïef en gretig ingedronken.

Daarom voorbeeld drie: ‘Transcendente Meditatie’. Dat werd gelanceerd door Maharishi Mahesh Yogi), die beweert dat wanneer alle mensen tweemaal per dag 20 minuutjes mediteren volgens een geheim mantra, álle problemen van de wereld opgelost zijn. Er zou kosmische harmonie komen in onszelf, lichaam en ziel, in al onze relaties, en dus ook internationaal. Of je nog een klein beetje kritisch mag kijken naar spirituele beweringen…?

Geest leegmaken

Weinig westerse mensen beseffen dat yoga een religieuze (hindoeïstische) achtergrond heeft en een spiritueel doel: de beoefenaar moet hierdoor zijn geest leegmaken om contact te krijgen met de goden. Wanneer hindoes zien hoe westerlingen yoga beoefenen als een soort ‘turnen’, schudden ze vol onbegrip hun hoofd. Ook de Dalaï Lama keurt het af dat naïeve westerlingen aan spirituele ‘cherrypicking’ doen en ‘stukjes’ boeddhisme beoefenen zonder enig geestelijk inzicht.

In de jaren 1980 kwam daarbovenop het postmodernisme met de stelling dat ‘iedereen zijn eigen waarheid heeft’. Alsof alle meningen even waar zijn. De totale religieuze ‘deregulering’ heeft in elk geval als keerzijde dat de markt overspoeld wordt door pseudo en nep. Het heet zo mooi ‘pluralisme’ en ‘multiculturaliteit’, maar het is eigenlijk een rommelmarkt geworden, een vrijhaven voor spirituele ronselaars.

Alles is toegelaten om de spirituele honger van goedgelovige mensen gretig uit te buiten. Als je het maar mooi kan verpakken: misleidende verkooppraatjes en manipulerende reclame, halve waarheden en opgesmukte voorstellingen. De waarheid is vogelvrij verklaard en de wet van de jungle neemt het over.

Shoppen

De meeste mensen die de kerken verlieten werden niet per se atheïst, maar gingen graag eens ‘om de hoek’ shoppen. Variatie is toch verrijkend? Exotische therapieën krijgen semireligieuze benamingen, het oude heidendom wordt in ere hersteld of een veelheid aan seculiere goden aanbeden. Iedereen is zijn eigen paus, kan zichzelf uitroepen tot messias en verlosser van de mensheid. Niemand ziet door de bomen het bos nog: mensen geven het op om in iets te geloven, want ‘iedereen kan toch alles beweren’? Of onze cultuur echt verrijkt wordt door de import van religieuze diversiteit…?

Een seculiere, ‘neutrale’ overheid heeft geen instrumenten in handen om dit te reguleren: zolang religieuze groepen de wet niet overtreden kan niemand ingrijpen. Niet-westerse culturen kijken geschrokken of bezorgd naar de spirituele chaos in het Westen, en naar de versnippering en decadentie die eruit voortvloeit.

In plaats van geestelijke verrijking zien we een enorme uitholling en geestelijke armoede, de ‘ondraaglijke lichtheid’ rond zingeving en existentiële vragen. De seculiere mens wordt spiritueel analfabeet. Bij de simpelste levensvragen staat hij met zijn mond vol tanden. Materieel rijker dan ooit, spiritueel op sterven na dood. De toename van crisissen in onze westerse wereld staat niet los van de spirituele crisis die eronder ligt.