‘Godvergeten’: een molensteen om de hals van de kerk

Origineel gepubliceerd in De Morgen

Het seksuele misbruik in de kerk is al lang en algemeen bekend. En toch sloeg de vierdelige VRT-reportage Godvergeten in als een bom. Eindelijk plakken er gezichten op de tragische statistieken en hangen er concrete verhalen aan vast. Het gaat om Vlamingen zoals u en ik, om dorpen en parochies als de uwe en de mijne. Het had evengoed een vriend of een familielid kunnen overvallen – en misschien was dat ook zo.

De reeks laat een mengeling van droevig medeleven, diepe verontwaardiging en rechtvaardige woede achter. Onze verbolgenheid is echter niet zozeer gericht op de individuele priesters en paters – die zijn toch anoniem of onbereikbaar – maar op het systeem dat dit mogelijk heeft gemaakt, het instituut dat we elke dag kruisen wanneer we omhoogkijken naar de alomtegenwoordige kerken, basilieken en kathedralen in ons land. De kerk leidde deze zedendelinquenten op, huisvestte ze en stelde ze tewerk, en hield ze nadien de hand boven het hoofd wanneer hun slachtoffers de mond durfden te openen.

ONDERZOEKSCOMMISSIE

Had de kerk dan niet naar haar eigen stichter geluisterd? “Wie een van deze kleinen, die in Mij geloven, doet struikelen, het zou beter voor hem geweest zijn dat een molensteen aan zijn hals gehangen was en hij in de diepte van de zee gezonken was.” Als iemand die een kind geestelijk doet struikelen, laat staan seksueel misbruikt, erger verdient dan een gruwelijke verdrinkingsdood, waar was de kerk dan mee bezig wanneer ze het ene na het andere geval van misbruik in de doofpot stak?

Hield de kerk dan meer van de macht die ze over de millennia heen verworven had dan van de schapen die ze hoorde te hoeden? “Het is van kapitaal belang dat er een einde komt aan de hypocrisie”, sprak de zus van een slachtoffer in Godvergeten. De kerk komt over als “witgepleisterde graven, die vanbuiten wel mooi lijken, maar vanbinnen zijn ze vol doodsbeenderen en allerlei onreinheid”, zoals Jezus de toenmalige hypocriete religieuze leiders berispte.

Is er wel nog plaats voor de kerk in onze maatschappij? Het aantal ontdopingen is enorm toegenomen sinds de eerste aflevering van Godvergeten, en de legitimiteit van overheidssubsidies voor de kerk wordt opnieuw ter discussie gesteld. Er blijft in elk geval niet veel over van de geloofwaardigheid van de kerk na eeuwen van hegemonie. Zelfs cd&v steunt de voorgestelde parlementaire onderzoekscommissie.

Als de kerk haar eigen schandalen wil overleven en opnieuw relevant wil zijn in onze moderne maatschappij, als ze weer priesters als Daens en paters als Damiaan wil voortbrengen, dan zal ze moeten afstappen van de illusie van haar machtspositie en moet ze terugkeren naar het onderwijs van haar stichter: “Wie zich dan zal vernederen als dit kind, die is de belangrijkste in het Koninkrijk der hemelen.”

BEWUST KLEINER

De kerk moet zelf opnieuw kinderlijk worden in plaats van kinderen te misbruiken. Ze moet leren van haar kleine slachtoffers om zelf opnieuw klein – nederig en eenvoudig – te worden. Ze moet zichzelf kwetsbaar opstellen in plaats van andermans kwetsbaarheid te misbruiken. Ze moet opnieuw leren zichzelf op te offeren voor anderen. Ze moet niet alleen haar zonden belijden maar ook voorkomen dat ze telkens hervalt.

Kortom, de cultuur van geheimhouding en machtsmisbruik moet omgevormd worden tot een cultuur van nederig luisteren en dienstbaarheid. De kerk zelf moet meer lokaal en gedecentraliseerd worden, en misschien ook bewust kleiner. Snoeien en dood hout wegwerken is een gezond proces en kan op termijn voor méér impact zorgen in de grassroots. Maar daarvoor moet de relatie met Rome misschien wat losser, de hiërarchie wat minder strikt. In hoeverre dat mogelijk is, is een andere vraag.

Maar de kerk als instituut kan zeker veranderen. Ze kent nog vele krachten ten goede, vele priesters, bisschoppen en gemeenschappen die even verafschuwd zijn door de schandalen als u en ik, die bovendien mee de schuldenlast dragen door associatie, en die er nog iets proberen aan te doen ook. Zoals priester Rik Devillé, die al jaren strijdt voor slachtoffers van misbruik, of de oecumenische kloostergemeenschap Taizé in Frankrijk, waar de paters een wekelijkse open discussie houden met de vele jonge pelgrims over seksueel misbruik.

Maar als het de kerk niet lukt om terug te keren naar haar grondslagen, dan verdient ze misschien toch die molensteen.